Samen verhalen maken

Is ons leven te complex geworden om te organiseren? Of proberen we veel te complexe zaken te vangen in een net van veronderstelde maakbaarheid? Het korte antwoord is dat complexe vraagstukken niet meer ‘op te lossen’ zijn, we moeten er mee leren omgaan. Het zijn grote vragen die Ben Kuiken – filosoof van huis uit – in zijn nieuwste boek Zinmakers stelt. Aanzet tot antwoorden vindt de lezer in verhalen. Waar Kuiken doorgaans ook scherpere meningen kan verkondigen, roept hij in dit boek op tot dialoog en samen verhalen maken.

De veranderlijkheid van de regel

In de Griekse oudheid was een regel een loden stok die metselaars op het eiland Lesbos gebruikten om ronde en onregelmatige vormen in een gebouw te meten en als basismaatstaf te herhalen. Aristoteles onderstreept hiermee het belang van billijkheid in de rechtspraak: ‘want waar de zaak zelf onbepaald is, daar is ook de maatstaf onbepaald. (…) Want deze maatstok wijzigt zich naar de vorm van de steen en is veranderlijk (…).’

Dit verhaal geeft inzicht in hoe regels of procedures ooit begonnen zijn: buigzaam en veranderlijk. In de huidige complexe samenleving zien we verstarring. Het gevaar bestaat dat regels een eigen leven gaan leiden, ook voor situaties waar de regel niet voor bedoeld was. Professionals moeten dus kunnen improviseren, net als de metselaars op Lesbos. En niet alleen de professionals, maar de hele zogenaamd maakbaar geachte maatschappij – dat zijn wij allen dus – moeten de loden stok van weleer weten te hanteren. De kern van het betoog van Kuiken is dat we het met elkaar gaan hebben over hoe we eigenlijk met elkaar willen samenleven.

Zinmaken

Wij bepalen in voortdurende interactie hoe we samenleven en hoe dat beter kan. Wij zijn de zinmakers. Deze titel intrigeert me. Het gaat niet om de bedoeling, een erg populaire term tegenwoordig. Het gaat niet om zingeven. Het gaat om zin en om maken. Juist weg van de maakbaarheid, naar ambachtelijk zin maken.

In het middenstuk van het boek maakt Kuiken de verbinding van zin maken met organiseren. ‘Eigenlijk zijn organisaties een soort ‘zinmaakclubs’. Iedere vorm van organisatie is het antwoord van coöperatieve wezens op de voortdurende verandering’. Op dit punt refereert Kuiken aan enkele theoretici: Karl Weick (sensemaking en organizing), Ralph Stacey (complex adaptieve systemen) en David Snowden (omgaan met complexiteit). Hij onderzoekt wat mensen anders maakt dan alle andere dieren. Waarin verschilt de complexiteit van menselijke samenwerkingsverbanden met natuurlijke organisaties zoals kuddes of zwermen?

Complexiteit

In deze tijd is het essentieel om te begrijpen hoe complexiteit werkt. Kuiken neemt daarin duidelijk stelling: ‘Zolang managers en bestuurders nog de illusie hebben dat ze controle hebben over wat er gebeurt in organisaties en in de samenleving, zullen ze plannen blijven maken en blijven sturen. Ook zij merken natuurlijk wel dat dit niet werkt, maar denken dat dit komt omdat professionals hun plannen niet goed hebben begrepen of uitgevoerd.’

In het laatste deel roept hij op tot het doorbreken van de vicieuze cirkel van maakbaarheid. Stop met het maken van plannen voor complexe vraagstukken. Ga experimenteren. Ontwikkel gezamenlijk de praktische wijsheid die nodig is om de regels te buigen zoals de loden stok. Dat vraagt ook om moreel besef en een kompas. Deze ijkpunten creëren we continu als we in gesprek zijn.

Oproep

Voor wie een klassiek managementboek wenst met lijstjes, voorbeeldaanpakken en ‘goede voorbeelden’, eindigt dit boek heel onbevredigend: dit boek bevat geen illusie van maakbaarheid.
De oproep tot experimenteren in plaats van plannen maken, tot dialoog aangaan en zin maken is niet nieuw. Kuiken gooit een bescheiden steen in de vijver om de maakbaarheidsgedachte te gaan doorbreken. Juist vanwege het ontbreken van grootse pretenties, eindig ik na het lezen in een klein zelfonderzoek. Durf ik eigenlijk het niet-weten toe te laten? En in hoeverre bewandel ik de gulden middenweg om tot praktische wijsheid te komen? Waar sta ik in de spagaat – die ik overal om me heen herken – tussen zelforganisatie en sturing?
En daar start het samen verhalen maken. Ik ga graag in dialoog om in onze complexe samenleving steeds nieuwe verhalen te maken, zonder dé oplossing na te streven. Wie maakt mee?

Dromen van een duurzaam Utrecht

Vol enthousiasme en, eerlijk is eerlijk, zonder al teveel voorkennis, startte ik afgelopen zaterdag 14 maart 2015 aan de serie stadsgesprekken over energie in het Stadskantoor van Utrecht. De eerste vraag die één van de mededeelnemers stelde, sloeg de spijker gelijk op zijn kop: “Is dit gloednieuwe Stadskantoor volledig klimaatneutraal?” De precieze details kon wethouder Lot van Hooijdonk niet geven, maar al het glas is goed geïsoleerd, er zijn zonnecellen op de ramen aan het binnenplein bevestigd en er is warmte/koudeopslag in de grond.

Schepje erbovenop

De gesprekken tijdens de dag met totaal onbekende en tegelijkertijd al snel vertrouwde gesprekspartners ademden ook die sfeer: wat doe je zelf al? En is dat genoeg? Kan er een schepje bovenop? Ja, hier staan zeker 200 extra klimaatambassadeurs die hun bijdrage willen leveren aan de groene (grasdaken) en blauwe (zonnepanelen) toekomst van de stad. De diversiteit in mijn groepje was groot: van een metselaar, een duurzaamheidsexpert bij een woningbouwcorporatie, een documentairemaker, een student die nog thuis woonde tot iemand die bij een energieleverancier werkt. De verschillende beelden en verrassende invalshoeken die vanuit die variëteit bij elkaar komen, vond ik het leukste aan de dag. Het resulteerde in een opbrengst van ruim 500 ideeën via een online discussie en een hele reeks flaps.

Groot denken

De vervolgvraag is natuurlijk: gaan we ook echt tot een houdbaar en solide plan komen met onze dromen? Ik hield er een dubbel gevoel aan over. Enerzijds begint bewustzijn over energiegebruik – en steeds meer eigen energieopwekking – bij het gedrag van individuen, bij kinderen die leren hoe ze met energie moeten omgaan en bij je eigen verantwoordelijkheid nemen als inwoners in de stad. Zonder alle afzonderlijke delen kan er nooit een groter en beter geheel komen.
Anderzijds is dat niet genoeg. In een stad als Utrecht heb je kantoren, scholen, fabrieken en andere grootverbruikers. Dan red je het niet met een paar zonnepanelen op  the Wall langs de A12, of waterkracht benutten in de sluizen van de kanalen. Dan moet je groot denken om de benodigde investeringen te laten renderen.

Dát is de opgave van de volgende zaterdag. Adviesbureau Ecofys komt dan met enkele scenario’s op basis van alle ideeën, met doorberekeningen en samengestelde pakketten om energie te besparen en energie op te wekken. Ten slotte ligt de ambitie op tafel om de stad klimaatneutraal te laten zijn in 2030. Of leggen we de lat nog een stuk hoger, om al onze dromen voor een schone, groene en duurzame stad te verwezenlijken?

Lees ook de sfeerimpressie van energiejournalist Rolf de Vos.

Stadsgesprek voor energietransitie in Utrecht

In 2030 wil de stad Utrecht klimaatneutraal zijn. De coalitiepartijen in de gemeenteraad van Utrecht hebben afgesproken samen met de stad een Energieplan te maken om deze doelstellingen te halen. De samenwerking krijgt op een vernieuwende manier vorm: 150 Utrechters gaan samen dit plan maken. Via loting is een groep uitgenodigd die een dwarsdoorsnede van de Utrechtse bevolking vormt. Afgelopen week viel bij mij de uitnodiging in de bus om mee te doen met het stadsgesprek. Dat wil ik wel een keer meemaken!

Energieplan

De energietransitie is mondjesmaat te zien in de stad; nieuwe vormen van energiebesparing en –opwekking worden zichtbaar en merkbaar in het dagelijkse leven. Het zijn de bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties (waaronder de gemeente) die het moeten doen. De transitie is van en voor iedereen en lukt alleen als de hele Utrechtse bevolking samen de inhoud bepaalt en de schouders zet onder realisatie van de doelstellingen. Het energieplan zal antwoord moeten geven op de vraag hoe de stad haar (duurzame) energievoorziening in de toekomst kan vormgeven en het stippelt de weg uit daar naar toe.

Stadsgesprek

Eerder organiseerde Utrecht al stadsgesprekken met belangstellenden over windmolens, Utrecht fietsstad, of over thema’s in het onderhandelingsakkoord van D66, GroenLinks, VVD en SP op hoofdlijnen “Wij maken Utrecht” (april 2014). Dit stadsgesprek over de energietransitie gaat verder dan een verzameling van ideeën tijdens een gesprek van een middag of avond. Met het stadsgesprek wil de gemeente op zoek naar de ideeën, wensen, keuzes en bijdragen van Utrechters over hoe de energietransitie georganiseerd moet worden, vraagt de wethouder input over keuzes en haalbaarheid en over de weg naar het einddoel. Na het stadsgesprek kijkt het Utrechtse stadsbestuur naar de voorgestelde maatregelen. De uitkomst van het stadsgesprek vormt de basis voor het Energieplan met als doelstelling Utrecht klimaatneutraal in 2030.

Wat gaan we als deelnemers doen?

In maart en april 2015 komen we (de 150 Utrechters) drie zaterdagen bij elkaar in het Stadskantoor.
Tijdens de eerste zaterdag krijgen we tijdens een kennismarkt pitches te horen van vele betrokkenen uit de stad en daar buiten. We gaan meningen, visies, goede ideeën en dromen horen van experts en wetenschappers, bedrijven en ondernemers, bewoners en bewonersgroepen, vastgoedeigenaren, milieuorganisaties en spelers op de energiemarkt. Deze informatie biedt de ingrediënten voor het energieplan.

Daarna gaan we als deelnemers met elkaar in gesprek over welke ingrediënten de voorkeur hebben. Gelukkig hoeven we zelf geen experts te zijn; onafhankelijke ‘fact checkers’ geven feedback op de haalbaarheid van ideeën en voorstellen en de bijdrage aan de gestelde energiedoelen. Bovendien krijgen we de gelegenheid om in dialoog te gaan met de partijen die het uiteindelijk moeten gaan doen – zoals corporaties, energiebedrijven of installateurs – om te toetsen of zij bereid en in staat zijn om de voorstellen daadwerkelijk uit te voeren, en onder welke voorwaarden.

De derde stap is dat we handen en voeten geven aan het energieplan: hoe, met wat, door wie, wanneer en waar we de energiedoelstellingen van de stad met elkaar kunnen realiseren.

Meer informatie vind je op de site van de gemeente Utrecht. Lees hier de komende weken meer over het stadsgesprek.